Duurzaam Bouwen?! met Sini Griffioen

“Vanuit mijn expertise als Learning & Development specialist gaat duurzaam bouwen over duurzame inzetbaarheid. De M&O-afdeling van DSG heeft een team dat zich speciaal richt op leren & ontwikkelen. Medewerkers willen zich ontwikkelen en willen doorgroeien. Hoe mooi is het dat dit binnen de eigen organisatie kan? Ontwikkeling is goed voor zowel individuen als de organisatie. Wie zich ontwikkelt, groeit niet alleen zelf, maar voegt ook iets toe aan de organisatie, waardoor die ook kan groeien.”

Hoe pakt DSG dat aan?

“Wij doen dat met de TMA-methodiek. TMA staat voor Talent Motivatie Analyse. Mensen hebben een bepaald voorkeursgedrag, gebaseerd op persoonlijke talenten. Kunnen ze die tijdens het werk inzetten, dan functioneren ze het best en leren ze het snelst. Met een online TMA-analyse, die bestaat uit 312 vragen, maken we de drijfveren en talenten inzichtelijk. De analyse genereert een rapportage en daarna volgt een terugkoppelgesprek met een TMA-expert uit de organisatie. Hierin bespreken we een op een wat er in de analyse staat, of dit herkenbaar is en wat iemand er vervolgens mee kan.”

Waarom heeft DSG hiervoor gekozen?

“De keuze voor de TMA-methodiek komt voort uit de strategie van DSG om de beste werkgever in onze branche te willen zijn. Als je weet wat iemands voorkeursgedrag is en wat iemands talenten en drijfveren zijn, is dat een krachtige tool om het maximale uit medewerkers te halen en sterke teams te bouwen. Je zorgt er als het ware voor dat iedereen zijn potentieel optimaal kan benutten en samenwerkt op een manier die zowel voor iemand zelf als het team bevorderlijk is voor groei en succes.”

Heeft iedereen bij DSG de 312 vragen uit de TMA-analyse al beantwoord?

“Nee, dit is een werk in uitvoering. We zijn in 2022 begonnen met het uitrollen bij DSG Bouwmaten, Baars & Bloemhoff en Broeinest, vorig jaar zijn we gecontinueerd met de centrale serviceafdelingen en in 2024 gaan ook de collega’s van Stiho ermee aan de slag. Iedereen kan meedoen, ongeacht functie.”

Hoe zijn de reacties?

“De ruim 500 mensen die tot nu toe de uitnodiging kregen, hebben bijna allemaal de vragenlijst beantwoord. In de terugkoppelgesprekken merken we dat mensen het soms best confronterend vinden. Als we dan uitleggen dat er geen goede of foute antwoorden zijn, maar dat het er echt om gaat om te ontdekken waar talenten en drijfveren liggen, dan zien we dat mensen enthousiast worden. De rapportage is dan iets waar ze zich in herkennen. En soms staan er in de rapportage eyeopeners. Medewerkers krijgen de keuze of ze de rapportage voor zichzelf willen houden, of dat deze gedeeld mag worden met de leidinggevende.”

 Wat kan de leidinggevende met deze rapportage?

“We zien dat leidinggevenden graag in gesprek gaan met collega’s over de individuele rapportage. Dat levert veel op. Ten eerste een diepgaander gesprek over de medewerker zelf. De rapportage kan een middel zijn om te kijken hoe mensen hun talenten nog beter in hun functie kunnen inzetten en welke hulp ze daarbij nodig hebben. Met een teamrapportage krijgt een leidinggevende goed inzicht in zijn of haar team en weet deze beter wat het team nodig heeft om goed te functioneren. Of wat voor iemand de beste match zou zijn als er een vacature ontstaat.”

Daarnaast zien we bijvoorbeeld dat collega’s die in hetzelfde team werken, hun rapportages naast elkaar leggen en in gesprek gaan over de verschillen. Zo ontstaan mooie manieren om samen te werken, omdat de een van bepaalde taken die bij een functie horen bijvoorbeeld heel veel energie krijgt en de ander niet. Zo kunnen collega’s onderling makkelijker afstemmen wie welke taken oppakt.”

Heeft de TMA-methodiek verrassende inzichten opgeleverd?

“Ja! Interessant bijkomend inzicht is dat we nu ook verschillen zien tussen de verschillende formules. Bij DSG Bouwmaten werken mensen met ander talenten en drijfveren dan bij Baars & Bloemhoff bijvoorbeeld. Dat heeft bijvoorbeeld invloed op hoe je als organisatie processen inricht of hoe je inspeelt op wat medewerkers nodig hebben om goed te gedijen in hun werkomgeving. Zo bouwen we steeds verder aan duurzame inzetbaarheid.”